Ha lieve food hooligan,
Toen ik als negentienjarige in mijn ondergrondse appartementje in Rome een zwart-wit film keek met Sophia Loren, hoorde ik een raar accent. Wat was dit?! Het klonk rauw en sexy. Het bleek Napolitaans.
Underdog
Later dat jaar ging ik met mijn toenmalige verkering uit Caserta (een stad in Campanie) naar Napels. We aten pizza bij de enige pizzatent waar je moest wezen: Da Michele, toen nog zonder filialen in Amsterdam en Dubai. De quartieri spagnoli (de Spaanse wijken) waren een donkere, mysterieuze no go area. Inmiddels is het daar net de Leidsestraat, met overal barretjes en eethuisjes. Rome bleek een rozentuin vergeleken met Napels. Deze stad was een wilde, doornige braamstruik, om er doorheen te komen moest je je best doen. Napels was en is vies, ruig en chaotisch. Napolitanen schreeuwen, zitten met hele families op scooters, auto’s scheuren door de nauwe straten, de stad ruikt naar ragù, sigaretten en vis.
Toch was ik meteen verkocht. Het intrigeerde me dat een stad zo mooi en lelijk tegelijk kon zijn. Dat een metropool met zo’n rijke geschiedenis, gesticht door de oude Grieken en ooit de hoofdstad van het koninkrijk der beide Siciliën, nu zo in verval was geraakt. Na de eenwording van Italië in 1861 besloot de regering in het Noorden om het rijke Napels af te knijpen. Er werd gefocust op de industriële ontwikkeling van Noord-Italiaanse steden met als gevolg dat veel arme zuiderlingen naar het Noorden trokken voor werk waardoor het zuiden nogal leeg en arm achter bleef en de camorra vrij spel kreeg. Dit is natuurlijk kort door de bocht, maar in grote lijnen komt het hierop neer. Mijn liefde voor Napels is daarom verklaarbaar: ik ben altijd voor de underdog. Napels is nu minder ruig dan toen, maar nog steeds de moeite waard. Voor mijn boek wilde ik hier per se opnieuw naartoe omdat er iconische gerechten en producten vandaan komen zoals de pizza en buffelmozzarella. Mijn eerste echte buffelmozza at ik langs de snelweg in Campania. Die zurige, romige, zoute wolk was zo compleet anders dan de rubberen kaas die ik tot dan toe had gegeten. De groenten zijn er fantastisch, net als de vis. Ik geef je hieronder eerst wat algemene tips en daarna eettips.
VVV-tips
Er bestaan eigenlijk geen gevaarlijk wijken meer in Napels, hoewel Forcella nabij het station nog wel rauw is. In de Spaanse wijken kun je tegenwoordig rustig rondlopen. De metro werkt prima (gaat alleen niet zo vaak), je kunt er met je betaalpas betalen en veel haltes zijn onder handen genomen door kunstenaars, zoals de halte Toledo. Rione Sanità is een volkswijk die nu in is, het historische centrum is de moeite waard (ga ’s avonds wat drinken bij Nea Art Space op Piazza Bellini) en je vindt er tal van boekhandels en literaire café’s, zoals Libreria Berisio. Chiaia en Vomero zijn hoger gelegen wijken waar het minder volks is en rustiger. Posilipo is een chique wijk in het Zuid-Westen van de stad (komt ook voor in de Netflixserie La Vita Bugiarda degli Altri). Helaas zijn er geen vrije stranden meer in Posilipo, maar er zitten wel goede visrestaurants.
Wij zaten in een rustig volksbuurtje boven de Spaanse wijk en van daaruit gaat er een treintje (station Montesanto) naar het strand. Als je uitstapt bij Arco Felice is daar een mooi vrij strand. Of ga verder tot Torregaveta. Deze tips kreeg ik van Michelle van @Tasteguidenapels. Ze woont al zes jaar in Napels en we hebben samen gekookt. Volgens haar Napolitaanse vriend kookt ze beter dan zijn moeder en ik geloof hem. Michelle doet ook fietstours door de stad. We zijn met haar naar het Castello Sant’Elmo gelopen vanwaar je een mooi uitzicht hebt over de stad. Haar vriend Mattia staat daar op dinsdag in Bar Arx en maakt hele goede cocktails.
PIZZA
Da Attillio
Napolitaanse pizza is niet krokant, eerder zacht en broodachtig. Da Attillio is beroemd in zijn wijk, vlakbij ons appartement. Lekkere pizza, maar niet fenomenaal. De tent is wel authentiek en de eigenaar een hele lieve man. Daarnaast kost een margherita maar €5. De buurt is enig, nabij een van de oudste markten van de stad, La Pignasecca. Nog een pluspunt: geen toeristen! We moesten hier heen op aanraden van Francesco (we sliepen in zijn appartement, als je zijn telefoonnummer wilt laat het me weten). Hij raadde ook de crocchettone aan, een enorme rol gevuld met aardappel, gerookte kaas, worst en friarielli, de lokale naam voor cime di rapa. Voor deze reuzekroket zou ik toch even naar Attillio gaan.
Pizzeria Concettina ai tre santi
Prijswinnende gourmetpizza’s in de wijk Rione Sanità . Enorme mannenzaak met een bouncer buiten en een grote binnentuin. Bij elke pizza staat vermeld op welke temperatuur hij gebakken wordt. De pizza’s hebben grote zwarte blazen en een krokantere korst dan die bij Attillio. Er zijn ook ‘light pizza’s’ met drie verschillende soorten bloem. Ik was sceptisch maar ook nieuwsgierig en probeerde die met zucchine alla scapece (gebakken zoetzure courgettes met een drup azijn en munt). Goddelijk. Vederlicht, rokerig en fris. De margherita was ook top. Deze plek is inmiddels ook gevonden door toeristen.
Pizzeria Madre Salvatore Di Matteo
Tip van Michelle. Superkitsch interieur met pizza-oven in de vorm van de Vesuvius. Gewoon pizza zoals die moet zijn, aldus Michelle. Michele en Sorbillo kun je overslaan volgens Michelle, hoewel Francesco wel vond dat we erheen moesten. We hebben het niet gered, ik ben er wel langsgelopen maar deze tenten zijn inderdaad inmiddels mega-toeristisch en dan heb ik ineens geen trek meer in pizza, heel gek.
PIZZA FRITTA
Gefrituurde pizza is een ding in Napels. Wij vonden die van Gennaro in de Spaanse wijken het lekkerst: een krokante wolk geluk en veel lichter dan je zou denken. We zijn er drie keer geweest en elke keer was het top. Je eet de pizza staand aan de straat en er is weinig keuze (mozzarella, ricotta, tomaat en ham of een combinatie) maar hij is zo lekker dat je ook geen fratsen nodig hebt.
In deze pizzatent staan vrouwen aan het roer. Hij wordt gerund door Isabella, haar zuster Imma en andere vrouwen met verdacht volle lippen. De zaak zit in Rione Sanità en je kunt er pizza uit de oven en uit de frituur bestellen. De vullingen en toppings zijn er uitgebreid, creatief en internationaal, maar het deeg van Gennaro vond ik lekkerder. Toch moet je hierheen om het te ervaren. Als was het maar voor de pizza fritta met ‘nduja op een glazen bord. Ze hebben naast gevulde pizza fritta ook gefrituurde pizza’s met daarop toppings zoals polpo.
Zelf niet geweest, maar gezien op insta. Salvatore maakt pizza met de legendarische instachef uit Rome Max Mariola.
VISRESTO’S
Il miracolo dei pesci.
Goed visrestaurant volgens Michelle, helaas niet gelukt er heen te gaan door de voetbalgekte – het stadion ligt op dezelfde treinroute als het strand.
Il garum
Bejaardentent in het centrum waar heel goed gekookt wordt. De spaghetti met zee-egel was de beste van m’n leven. Licht pittig, romig en ziltig, echt wauw. Ook de parmiggiana was verslavend. Licht pittig en superhartig. Mjam. Het is hier wel duur, maar de kwaliteit van het eten is hoog.
Cicciotto a Marechiaro
Tip van de jongen van ons appartement. Niet geweest helaas, maar Marechiaro heeft ook mooie rotsstranden. Je komt er met de bus.
A’ figlia do marenaro
Van verschillende mensen aangeraden gekregen maar de Donatella Versace-lookalike-gastvrouw met het blauwe KLM-pak zag er zo theatraal uit, daar had ik op dat moment geen zin in. Ze zijn wel echt beroemd, dus je moet reserveren.
DORA, alla riviera di Chiaia
Restaurant aangeraden door Napolitaan die we via via leerden kennen.
Pescheria Azzurra
Viswinkel overdag, ‘s avonds visfrituurtent met plastic bekers wijn.
DOLCI
Sfogliatelle zijn dé dolce van Napels. Een extreem krokant ding van heel dun bladerdeeg gevuld met een crème van ricotta en vaak sinaasappelrasp en gekonfijt fruit. Je eet ze overal maar die van Scaturchio in het centrum waren een aanrader. Eet daar ook Pastiera, de typische Napolitaanse taart met gekookte tarwe, ricotta en een drup oranjebloesemwater. Klinkt zwaar, is heel lekker en in balans. Ook bij Gambrinus bij Piazza Plebiscito hebben we heel lekkere sfogliatelle en een soort sfogliatelle-cono gegeten gevuld met heerlijke room en bosaardbeitjes. De babà al rhum kun je wat mij betreft overslaan, sowieso.
TRATTORIE
Mimì alle ferrovia
Beroemd restaurant vlakbij het station. De pasta genovese (pasta met langzaam gestoofde ui en stoofvlees) is er goddelijk. Het heet genovese (uit Genua), maar het komt dus uit Napels. Ook de gevulde paprika’s en de polpette (gehaktballen) waren hier lekker. Het eten is niet fenomenaal, maar het is wel een iconische plek waar je geweest moet zijn.
La chitarra
Deze trattoria heeft heel veel stickertjes op het raam en je komt er via een straatje met allerlei vintage winkeltjes. Helaas waren ze vol toen wij er kwamen en het lukte niet om te reserveren voor de dagen erop. Ook vol. Ga er dus heen voor mij!
Trattoria Don Vincenzo S. Biagio dei librai
Tip van Napolitaan, je schijnt ook daar goede pasta alla genovese te eten.
VERDER ETEN:
Taralli napoletani con ‘zogna e pepe – ronde dikke cracker met amandelen, reuzel en veel peper
Friarielli a.k.a. cime di rapa, DE groente van Napels, soort wilde broccoli maar dan anders en verslavend lekker, ook op de pizza.
Mozzarella di bufala natuurlijk. Smaakt toch echt anders dan wat je hier in NL krijgt.
Ragù – bij Tandem ragu kun je ragù in allerlei vormen eten. Ik vond het er heel toeristisch uitzien dus heb het geskipped.
Als je nog vragen hebt of advies wil, laat het me weten. Volgende keer is Rome aan de beurt.
Ik vergat iets belangrijks! Bij patisseriezaak Popella moet je fiocchi di neve (sneeuwvlokken) eten. Een rond gebakje met daarin een soave ricottaroom. Ze staan ook bekend als 'nuvole' (wolken), maar wie dat zegt haalt zich een boze eigenaar op de hals. Ik maakte die fout en werd heel onbeleefd toegesproken. 'Fuck die fiocchi' dacht ik toen. Ik kan dus niet navertellen of ze goed waren.